Hoe zeer BuroSinot ook verheugd is te mogen participeren binnen het gecontracteerde zorgaanbod, de weg naar geregistreerde en gecontracteerde zorgaanbieder is op zijn zachtst gezegd ‘omslachtig’. Ik licht u dit graag nader toe om te worden toegelaten is nodig:
(onderstaande is niet limitatief)
Registratie bij SKJ, Aanvraag AGB code, Aansluiting Tenderned en bijhorende aansluiting inlog om op Tenderned te kunnen, Registratie bij Zorgring, Registratie bij Vecozo, Registratie bij Verwijsindex, Aanvraag klachtenregeling, Aanvraag VOG, Aanschaf aansluitend softwareprogramma tbv cliënt administratie en deelname berichtenverkeer, etc.
Dit alles op basis van doorwrochte en zeer uitgebreide administratieve handelingen, toelichtingen, documentatie, heen en weer mailen, bellen en per post sturen en ontvangen van stukken welke moeten worden getekend, gescand, gekopieerd, geïnstalleerde, opgeslagen, bevestigd en goedgekeurd en natuurlijk overal ook gegevens verstrekken om te registreren en alles een eigen inlog…
Fouten in of door het systeem dat wordt gebruikt zijn niet de verantwoordelijkheid van betreffende ‘leveranciers’, wel dient de gebruiker zich aan alle plichtplegingen te houden en zelf toe te zien dat alles naar vereisten loopt.
Erbij de jaarlijkse kosten, eventuele her aanvragen, aanvullende plichtplegingen, administratieve verantwoording en mogelijke wijzigingen in systemen, in richtlijnen en ‘updates’.
De transformatie jeugdzorg en sociaal domein biedt kansen…nou die zijn aangegrepen met een flinke opslag voor bureaucratie en een verdienmodel van plichtplegingen en toegevoegde registratie-instellingen; de maakbaarheidsmaatschappij ontmoet certificatie, registratie en verantwoordingsfetisj.
Vanuit BuroSinot is dit een kritische noot: beleidsmakers en gemeentebesturen…is dit echt de bedoeling? Zijn we de weg niet een beetje kwijt aan het raken?
Als ik nadenk hoeveel tijd in al die administratieve rompslomp zit (met hierbij luid uitgesproken de vraag welke toegevoegde waarde dit allemaal heeft en in hoeverre dit de uitvoering werkelijk kwantitatief en kwalitatief ten goede komt), dan zie ik voor mij hoe al die manuren die verloren gaan aan ‘administratie’ zouden kunnen worden ingezet waar het nodig en effectief is: op straat, op school, bij de gezinnen thuis…
Vooralsnog is het een heel flinke investering van niet facturabele uren en alle bijkomende kosten.
Dan moet het eigenlijke werk nog beginnen…want dat is natuurlijk de uitvoering om jongeren en gezinnen te helpen bij hun hulpvragen en perspectief.
Eens zien hoe het in de praktijk zal blijken te werken. Hoe snel kan worden bewogen tussen bericht 301 t/m 316 om maar iets te noemen.
Soms vraag ik me wel eens af: staat het systeem ten dienste van de maatschappij of dienen uitvoering en hulpvraag het bedachte systeem?
‘Geruststellend’ is de gedachte dat alle medewerkers die ik heb gesproken in alle aanvraag procedures mij bevestigen als ik zeg: wat een ingewikkelde toestand, wie heeft het bedacht, wat is de toegevoegde waarde…
Wat bepaalt eigenlijk of iemand een (goede) professional is?
Patrick Sinot van BuroSinot heeft 20 jaar brede en specialistische ervaring in de sector jeugdzorg & jeugd-gezinshulpverlening.